PPID

Bij paarden met PPID is de hormoonhuishouding verstoord. Bij gezonde paarden wordt de hormoonafgifte van de hypofyse gereguleerd door de hypothalamus middels de neurotransmitter dopamine. Bij paarden met PPID zijn de neuronen die dopamine produceren aangetast, waardoor de hormoonafgifte van de hypofyse niet meer goed gereguleerd wordt. ACTH is een van de hormonen die hierdoor in te grote hoeveelheden wordt geproduceerd.

Om PPID te diagnosticeren wordt vaak de ACTH-spiegel bepaald, deze spiegel is echter afhankelijk van vele factoren waaronder de daglengte. In het najaar is de ACTH-spiegel in het bloed bij alle paarden hoger, maar bij paarden met PPID is deze stijging veel hoger. Daarom is het najaar de meest geschikte periode om de diagnose te stellen. 

Nadat de diagnose gesteld is, wordt een behandeling gestart met pergolide. Deze dopaminereceptor agonist remt de hormoonafgifte van de hypofyse, waardoor de symptomen van PPID verminderen en de risico’s op complicaties zoals hoefbevangenheid afnemen. 

Ook wanneer een paard met PPID al behandeld wordt, is het zinvol om ieder jaar onderzoek te doen naar de ACTH-spiegel.  Zo kan beoordeeld worden of de toegepaste dosering nog het gewenste effect heeft. 

Er zijn bij Grovet verschillende geneesmiddelen te verkrijgen met de werkzame stof pergolide. Voor vragen over deze verschillende geneesmiddelen kan contact opgenomen worden met info@grovet.com.